D66 en VVD willen automatisch gezag voor ongetrouwde vaders. De vraag is echter of dit gezamenlijk gezag in de praktijk wel handig is.
Zoals in mijn vorige blog ‘erkenning, gezag en voogdij’ ook is te lezen, krijgen ouders die zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan bij de geboorte van het kind automatisch het gezag. Zijn de ouders ongetrouwd, dan geldt dit dus niet, krijgt vader niet automatisch het gezag en de moeder wel.
Vader heeft in dit laatste geval toestemming nodig van moeder voor het aanvragen van het gezag. Als moeder deze toestemming verleent, dan kan vader een formulier indienen bij de rechtbank met het verzoek het gezag aan te tekenen in het gezagsregister (of met de digid codes online laten aantekenen). Weigert moeder haar toestemming, dan kan vader de rechtbank (via een advocaat) om vervangende toestemming vragen.
Aangezien Nederland een aantal jaren geleden “op de vingers is getikt” omdat ten aanzien van gezag onderscheid werd gemaakt tussen gehuwde vaders ten opzichte van ongehuwde vaders (discriminatie), krijgen vaders in negen van de tien gevallen alsnog het gezag wanneer zij de rechtbank om vervangende toestemming vragen. Tenzij er natuurlijk sprake is van een zeer bijzonder geval.
Volgens D66 en VVD weten veel ouders niet dat het zo werkt en denken ouders te kunnen volstaan met het erkennen van een kind bij de gemeente. Hiermee krijgt vader echter geen gezag!
D66 en VVD hebben dan ook een initiatiefwetsvoorstel ingediend, waarin wordt voorgesteld dat ongetrouwde vaders automatisch ook het ouderlijk gezag over hun kind krijgen op het moment dat zij hun zoon of dochter hebben erkend. Dit zal tot gevolg hebben dat er geen procedures meer hoeven worden gevoerd voor vervangende toestemming voor het verkrijgen van het gezamenlijk gezag. Daarentegen kan dit mijns inziens wel leiden tot veel andere procedures (art. 1:253a procedures).
Gezamenlijk ouderlijk gezag houdt in dat belangrijke beslissingen over het kind door de ouders gezamenlijk moeten worden genomen. Komen de ouders hier niet uit, en weigert een ouder toestemming te geven voor bijvoorbeeld een schoolkeuze, een medische ingreep, verhuizing etc. dan kan een ouder zich tot de rechtbank wenden voor vervangende toestemming voor de schoolkeuze, medische ingreep of verhuizing etc. (de zogenoemde art. 1:253a procedure). Dergelijke procedures worden nu al veel gevoerd en hebben natuurlijk een negatieve weerslag op de verstandhouding van de ouders, maar met name op de kinderen. De kinderen worden met dergelijke conflicten geconfronteerd en moeten aanzien hoe hun ouders vechten over de school waar het kind naar toe wil, de sport die het kind wil uitoefenen, een doktersbezoek etc.
Daarnaast wordt eraan voorbijgegaan dat het ook een bewuste keuze van ouders kan zijn, net zoals (of zelfs gekoppeld aan) de keuze om niet te trouwen. Zou er dan een mogelijkheid komen van ouders om zelf van het gezamenlijk gezag “af te komen”? Dergelijke verzoeken moeten nu verplicht via de rechtbank verlopen.
Enerzijds lost het gezamenlijk gezag wellicht een probleem op, anderzijds werkt het nieuwe problemen in de hand. De vraag is waar de kinderen nu het meeste bij zijn gebaat…
Geef een reactie